Reconstructie en Stroming getij leer
De wet van Bernouilli
Hier de aanvaring zoals die in de werkelijk heeft plaatsgevonden
Recontructie
Een reconstructie is het opnieuw laten plaatsvinden, in de verbeelding of in een 'gespeelde' werkelijkheid, van een samenvallende reeks handelingen of voorvallen uit het verleden, om daardoor de ware toedracht of de ontbrekende schakels te ontdekken.
Hier boven de aanvaring op de kaart die door mijn plotter is uitgedraaid. Deze aanvaring in reconstructie is door mij zelf gemaakt om duidelijk te maken dat ook na de aanvaring ,van bakboord achter over de brug het schip bijna is gekanteld ,maar toch onder de Celina uit in de draai met het voorschip tegen zijn bakboords boeg is geramd.
De een zegt dit en de andere zegt dat ,inspecteur, experts ,loods , stuurman en waterpolitie fantaseren maar raak ,zoals het hierboven gereconstrueerd is is de werkelijkheid
Ze snappen of willen dat niet snappen, hoop en dat wil ik in het pleidooi van mijn advocaat, met nadruk laten vragen door een van de rechters aan de tegenpartijen
Is er wat gaande ,of wat was er gaande om tot onder andere onderlinge vergelijkbare verklaringen te verzinnen, zodat de Jyden alle schuld zou moeten hebben en krijgen.
Wat is het belang hiervan?

Hierboven de Tabel : Pagina 6 van 72 van Repliek aan het Tuctcolege voor de scheepvaart ingedient op 28 julie 2020
Iedereen kan zien dat de zware aanvaring binnen de minuut is gebeurd.Kijk in de eerste kolom.
Beschouwing op de verantwoordelijkheden: zegt de inspecteur
De kapitein heeft recht voor de aanloop van IJmuiden, midden op het
vaarwater, rondjes gevaren, alsof hij niet wist waar hij was en niet wist waar
hij mee bezig was;
Door bovenstaande heeft de kapitein zichzelf, zijn zoon, zijn hulp (dhr.
Snijder), 12 passagiers en de Celina ernstig in gevaar gebracht. Bovendien
hebben zowel de Jyden als de Celina hierdoor schade opgelopen.
Een kabellengte is een lengtemaat in de scheepvaart en bedraagt exact 185,2 m. Toen de zeemijl werd vastgelegd op exact 1852 m, werd ook de kabellengte aangepast naar 1/10 van een zeemijl op 185,2 m
.Celina vaart 10 mijl per uur dat is in een uur 185200 meter.
185200 : 60 minuten =386 meter per minuut
Dat is per seconde 6,2 meter. x 26 seconden =161 meter.(Tijdsverschil van melding door de verkeertoren voor de aanvaring : u ligt nog op 2 kabel is onjuist)het is op langen na, nog geen 1 kabel.
Als de verkeertoren de oproep naar de Jyden doet u ligt nog op twee (2) kabel ,dat is op de radarbanden 0.900 te horen en te zien die aanvaring op 0.926 (26 seconden tijdverschil )Zie vid Radarbeelden in de pagina veroordeling!
Dan ziet u in de berekening dat de verkeerstoren een foute melding doorgeeft.161 meter is nog geen kabel.
De koers afwijking die de Jyden maakt is te wijten aan de zuidelijke stroming van 2 mijl en de hogesnelheid van de Celina die met een vaart van tien mijl aan komt ,trekt in een straal van ruim 600 meter al het water naar zich toe .
Zuiging door grote schepen
Zuiging is een fenomeen dat met name grote schepen veroorzaken en ook de effecten van ondervinden. Een klein schip dat door een groot schip wordt ingehaald of dat zelf een groot schip inhaalt, kan wel last hebben van de zuiging die het grote schip veroorzaakt.
Wat is zuiging nu precies? Zuiging is een stroming die optreedt rond schepen met een grote waterverplaatsing en die zowel naar het grote schip toe als daar vandaan kan staan. Zuiging wordt veroorzaakt door dat grote schepen veel water wegduwen met hun boeg en met hun schroef.
Aan de voorkant van een groot schip wordt het water in een golf, de boeggolf, opgestuwd. Het water in deze ophoging vloeit in voorwaartse, zijwaartse en achterwaartse richting weg. Het effect is dat er rond de boeg van een groot schip stromingen in alle richtingen van de boeg weg lopen. Als je als klein schip in zo een stroming terecht komt, kan je behoorlijk uit koers worden gezet.
Het is een beangstigende ervaring als je vaartuig ineens naar een ander schip toegezogen wordt. Alsof een onzichtbare kracht het roer heeft overgenomen. Vaak blijft het bij schrik, soms is er ook schade. Het kan daarom geen kwaad om de theorie nog eens door te nemen.
Ik schipper van de Jyden weet zeker dat de inspecteur van de I.L.T zich in de theorie aardig kan redden met haar adviseurs, maar in
de praktijk bakken zij daar niks van,
De kennis van getij stromingen getij leer ,eb en vloed ,springtij hebben deze leden totaal geen notie van.
Daarom valt de theorie mening van het laatste moment van de inspecteur over de koers verandering totaal in het boek der fabelen.
Elke geroutineerde schipper die er al een paar jaren op heeft zitten kunnen dit beamen.
Maar het Tuchtcollege voor de scheepvaart en de inspecteur schijnbaar niet.
De wet van Bernouilli
Waterbewegingen bij een varend schip volgens de wet van Bernoulli
Regelmatig ontstaan gevaarlijke situaties of zelfs grote aanvaringen door zuiging. Veel mensen vragen zich af hoe deze
zuiging nou precies ontstaat, zodat ze beter voorbereid een passage of oploopmanoeuvre kunnen uitvoeren. Evert van Balen,
relatiebeheerder van EOC, heeft veel vaarervaring. Hij legt uit hoe zuiging ontstaat en wat de wet van Bernoulli hiermee te
maken heeft.
Om te weten hoe het komt dat schepen naar elkaar toe gezogen worden bij een oploopmanoeuvre of van elkaar af geduwd
worden bij een passage, is het belangrijk om te weten hoe het water zich in zo’n situatie gedraagt. Ook wordt hierdoor duidelijk
waarom een schip in sommige situaties zelfs onbestuurbaar wordt. Door in de praktijk rekening te houden met de theorie, kun
je vervelende of gevaarlijke situaties samen voorkomen.
In het verleden is dit onderzocht door Bernoulli. De wet van Bernoulli is een natuurkundige wet die het stromingsgedrag van
vloeistoffen beschrijft.
De wet van Bernoulli: ‘Hoe sneller het water stroomt, des te lager komt de waterspiegel bij gelijkblijvende watertoevoer.’
■ Negatieve stroom
Wanneer een schip door het water vaart, verplaatst het water zich. Want, waar eerst water was, is nu schip en dat water moet
natuurlijk ergens heen. Continue moet een hoeveelheid water van vóór het schip naar achter het schip verplaatst worden. Deze
watermassa stroomt via de zijden van het schip en de onderkant naar achteren. Eerst wordt het water wat naar voren gestuwd
waardoor er voor de kop van het schip een berg water ontstaat, de boeggolf. Achter het schip ontstaat een kuil, want waar eerst
het schip was, is even later een leegte die weer opgevuld moet worden.
■ Werking boeggolf en kuil
Door het verschil in hoogte van de waterspiegel tussen de “berg” en “kuil” stroomt het water langs de beide zijden van het schip
van boven naar beneden. Bij een schip met enige vaart ontstaat dus een constante stroming van voor naar achter naast het
schip, die tegengesteld is aan de vaarrichting van het schip. Deze stroom wordt negatieve stroom genoemd. Onder andere
door deze stroom ontstaat er druk op het roer, waardoor het schip bestuurbaar is.
Negatieve stroom
■ Positieve stroom
Wanneer de negatieve stroom de kuil achter het schip niet snel genoeg kan vullen, wordt de kuil door water van achter het
schip gevuld. De stroming van dit van achter komende water noemen we de volgstroom of positieve stroom. Een dergelijke
situatie kan bijvoorbeeld ontstaan wanneer een schip vaart door smal en ondiep water. Er is dan weinig ruimte tussen het schip
en de wal, en tussen het schip en de bodem. Het water kan daardoor niet snel genoeg van voren naar achteren stromen en
water van achter het schip vult dan de kuil.
Doordat deze positieve stroom de kracht van de negatieve stroom op het roer vermindert of zelfs opheft, kan een schip moeilijk
bestuurbaar worden. Het roer komt in ‘dood’ of ‘stil’ water.
Hier onder schrijft de inspecteur :ook de koers verandert steeds ,kortom 10 uitersten in nog geen tien minuten tijd.
Raaskalt maar raak
